West kust Zuid-Afrika en Namibie! - Reisverslag uit Kaapstad, Zuid-Afrika van Kim Maas - WaarBenJij.nu West kust Zuid-Afrika en Namibie! - Reisverslag uit Kaapstad, Zuid-Afrika van Kim Maas - WaarBenJij.nu

West kust Zuid-Afrika en Namibie!

Blijf op de hoogte en volg Kim

23 April 2015 | Zuid-Afrika, Kaapstad

Woensdag 1 april was het zo ver, onze roadtrip naar Namibie ging vandaag beginnen! Om nog even te oefenen met het links rijden bracht ik Aniéla en Eline naar stage, een van mijn beste ritjes in Kaapstad tot nu toe. Ik kreeg onderweg uitgelegd waar het winkelcentrum in Cleveland zat, zodat ik alle benodigdheden voor onze reis kon halen. Er stonden veel etenswaren in blik op het boodschappenlijste omdat we geen idee hadden of er een ijskast in ons autotje zou zitten. Het enige wat ik niet kon vinden was jodium, wat best handig is als je eventueel zonder schoon drinkwater komt te zitten. We hadden echt aan alles gedacht. Ik haalde Aniéla en Eline op om te gaan lunchen, jodium te halen en daarna reden we richting Hout Bay waar we de auto op konden halen. Onderweg hadden we het over de belangrijke spullen die we niet mochten vergeten. Shit, mijn paspoort lag nog thuis en die hadden we nodig omdat de auto op mijn naam stond. Terug naar Sawkins Road en een uurtje later zochten we het verhuurbedrijf op Main Road in Hout Bay. We konden het niet vinden en besloten te bellen, het internetkantoor was gevestigd in Hout Bay en de auto zelf moesten we ergens anders ophalen. Dit was niet goed met ons gecommuniceerd omdat we last minute de auto hadden kunnen huren (lees twee dagen geleden). Google maps gaf aan dat we nog een half uur moesten rijden, we liepen een beetje achter op schema. Eindelijk aangekomen bij het verhuurbedrijf nam Brandon alle regels met ons door en ik kon mijn handtekening zetten voor we onze Nissan zouden ontmoeten. We liepen een grote ruime schuur in waar allemaal campers en auto’s stonden. Bakken van auto’s moet ik zeggen, welke zou die van ons zijn? We liepen verder door naar achteren en de auto’s werden als maar groter en groter. Toen ik dacht dat we een andere schuur in zouden lopen stond Brandon stil bij een Nissan 4x4 double cab die er erg groot uitzag. We kregen instructies over het opzetten van de tent op het dak van de auto, de achterbak was vol geladen met handige kampingspullen inclusief een ijskast! We hadden alle drie een grote glimlach op ons gezicht die er voorlopig niet meer af ging. Brandon overhandigden me de sleutels en ik kroop achter het stuur. Ik voelde me erg klein in deze grote auto, maar veilig op de weg met zo een grote bak tussen het ‘normale’ verkeer.
We reden terug naar Sawkins Road om al onze spullen in te laden en rond een uurtje of vijf werd de tocht richting het noorden gestart. Enthausiast over de grootte van onze auto en alle avondturen die ons te wachten stonden reden we de snelweg op. We kwamen uit op een eenbaans weg, waar om de paar kilometer een soort vluchtstrook gemaakt was om de vrachtwagens en ander langzaam verkeer in te kunnen halen. De kilometers schoten onder ons door en de zon begon te zakken. Het zou niet verstandig zijn om in het donker door te rijden, dus dat was dan ook zeker niet het plan. We zouden doorrijden tot Moorreesburg en daar de eerste nacht doorbrengen. Het was al redelijk donker toen we de afslag namen en we volgden de borden B&B. Op een kleine parkeerstrook voor de B&B parkeerde we de auto en belde we aan. Een oudere man deed open en we vroegen hem of het oke was als we op de parkeerstrook zouden overnachten. Hij dacht even na en zei dat het geen goed idee was, we mochten de auto wel bij hem in de tuin zetten. Had hij nog niet gezien wat voor bak we hadden, zou dat wel passen? Hij liep naar het tuinhekje en bekeek onze auto, “That’s a normal bakkie” zei hij lachend. Hij deed het hek open en we parkeerde de auto. Voor de eerste keer zetten we de tent op wat natuurlijk een beetje moeizaam ging in het donker. We klapte de eettafel uit en zetten de stoelen er omheen. Het gaspitje ging aan, het water stond op en we lieten ons in de campingstoelen zakken. Het viel me nu pas op dat er heel veel sterren aan de hemel stonden, zo veel had ik er nog nooit bij elkaar gezien. Sterren van groot tot klein versprijt door de donkere nacht, schitterend! Het water kookte en we lieten de pasta in het water glijden. De koekenpan zetten we boven op de pan en zo kon de saus ook opwarmen. Met het licht van onze zaklampen zochten we naar borden en bestek en schonken een wijntje in. Dit was vakantie, dit was genieten. De oudere man kwam terug om te kijken of alles goed ging, na het eten nam hij onze afwas mee en we konden naar binnen lopen om te zien waar de badkamer was. We poetste onze tanden en rond negen uur was het bedtijd. We hadden één tent opgezet, dat moest we passen met z’n drieen. De wekker werd om kwart voor vijf gezet, de zaklampen gingen uit en we kropen onder de slaapzak.
Rond een uurtje of drie werd ik wakker, we waren helemaal vergeten de ijskast uit te zetten, dat ging onze accu kosten. Ik maakte Aniéla en Eline wakker, iemand moest naar beneden en eigenlijk wilde we alle drie niet. Aniéla en ik ik besloten van de ladder af te klimmen, ik realiseerde me dat ik helemaal geen lenzen in had dus deed Aniéla het alleen. We vielen weer in slaap, wat voor mij maar kort duurde. Ik had het een beetje koud en probeerde dekens naar me toe te trekken wat moeizaam ging, het leek wel of er iemand op lag! Zo ver als ik kon kroop ik eronder en probeerde nog wat te slapen. Het was even moeilijk toen de wekker ging, om de warme slaapzak te verlaten en in het licht zag ik dat ik onder de slaapzak wilde gaan liggen die we we als hoeslaken hadden gebruikt. Geen wonder dat er geen beweging in te krijgen was.
Ik stapte onder de douche en daarna vouwde we de tent in. Om stipt zes uur ging Eline achter het stuur zitten en vervolgde we onze weg richting Clanwilliam, het ontbijt werd geserveerd in de auto. Ik voerde Eline een yoghurtje wat een beetje vreemd was, als of ik een klein kind aan het voeren was. We zagen de zon achter de heuvels vandaan komen, wat de grijze donkere lucht kleur gaf. Nadat Eline drie uur had gereden stopte we aan de zijkant van de snelweg en wisselde we van plek. We moeste eigenlijk ook naar de wc, gelukkig kon dit stiekem achter ons bakkie. Rond één uur ’s middag bereikte we de grens van Namibie, veel eerder dat we gedacht hadden. We reden naar een poort toe waar een vrouw vroeg met hoeveel we waren, drie personen. We reden door naar de volgende poort en een man vroeg onze paspoorten. Hij bladerde er doorheen en vroeg waar ze de stempel hadden gezet. Welke stempel? Die moesten we eerst gaan halen, we gingen in de rij staan bij een locket in het gebouwtje wat bij de grens stond. Een man zag dat we buitenlands waren en opende een nieuwe rij voor ons, geen idee waarom eigenlijk. We waren gelijk aan de beurt en hij zetten een stempel in onze paspoorten. Moesten we nu nog ergens anders heen of waren we klaar? We liepen door naar de volgende kamer waar we een formulier in moesten vullen en we konden terug naar de auto. We reden de grens over en parkeerde de auto weer en ook in Namibie gingen we in de rij voor een locket staan. Gelukkig waren hier de wachtende mensen zo aardig om ons te vertellen dat we in de verkeerde rij stonden en dat we een paar locketjes verderop in de rij moesten gaan staan. Weer kregen we een stempel in ons paspoort en waar moesten we toen heen? Het voertuig registreren, weer een formulier ingevuld wat achteraf niet nodig bleek te zijn. Na een uur in de rij te hebben gestaan waren we vier stempels rijker en mochten we doorrijden.
We reden over een weg waar het asfalt op een gegeven moment over ging in een vlakke kiezelweg, we kwamen lange tijd niemand tegen en de omgeving was prachtig. Overal bergen, grote grijze bergen. We stapte uit om er een foto van te maken, keken om ons heen en zeiden niets, toen pas viel het op hoe stil het hier eigenlijk was. We hadden wat gelezen over AisAis waar we naar toe reden, wanneer er een tegenligger aan kwam kondigde deze zich al van verre aan door een grote stofwolk de lucht in te sturen, net zo iets als rooksignalen. Aangekomen bij AisAis bleek het een resoort te zijn waar we niet doorheen konden rijden, op naar het volgende plaatsje Hobas. Toen we daar aankwamen en de auto uitstapte zei de receptioniste, die naast ons bakkie stond, dat ze de rechter achterband leeg kon horen lopen. Nee we hadden een lekke band, de vrouw keek ons onderzoekend aan en vroeg hoe we deze ging vervangen. We keken elkaar vragend aan en wisten het eigenlijk ook niet zo goed. Verder op zat een man op een bankje die het wel kon zei de vrouw, of ze hem even moest halen. Ja natuurlijk, het verwisselen van een band gaan niet vanzelf en dit kan je niet aan drie onervaren meiden (op dit gebied) overlaten. De man wisselde de band en na een kwartiertje konden we de camping oprijden een een goed plekje zoeken. We zetten alles op , wat veel sneller ging dan de avond ervoor. Er werd een extra slaapzak in de tent gegooid zodat ik in ieder geval iets had om onder te liggen. We maakte ons avondeten klaar en genoten van het uitzicht op de maan met een wijntje. We hebben nog even zitten kletsen maar rond negen uur lagen we weer in de tent.
De wekker ging weer vroeg en om kwart voor zeven reden we gedouched en wel naar het uitzichtpunt om de zon op te zien komen, een van mijn favoriete momenten van de dag. Na een half uur van de zon te hebben genoten en het uitzicht op de Fish Cannyon reden we verder naar het Kgalagadi National Park. We kwamen daar om twee uur aan en kwamen erachter dat alle campingplaatsten binnen het park bezet waren. We probeerde een camping vijf kilometer verder op en daar plaatste we een reservering voor vanavond. We reden het park in en lieten de druk in onze banden dalen om over de wegen in het park te kunnen rijden. We zagen een paar struisvogels, springbokken, gemsbokken, gnoes en twee zwijntjes. We dachten dat de meeste beesten die we hadden gezien in groepen leefden, terwijl wij ze eenzaam en alleen tegen kwamen, vreemd misschiend hadden we morgen meer geluk. Er schenen ook giraffen, leeuwen en cheetas te leven, maar die hadden we nog niet gezien. We reden naar de camping toe en kregen plek vier toegewezen. Ik vond het echt een prachtige plek, op een soort oranje gravel weg reden we een stukje de berg op waarna we uit konden kijken over de rest van de huisjes en de omgeving. Geen bomen of struiken die het zicht belemmeren, later op de avond alleen een tl-buis die veel te vel was en de kampeer sfeer verpeste. We besloten in het campingwinkeltje een zak hout en wat vlees te halen om echt Afrikaans te gaan braaien. Binnen no time hadden we een prima vuurtje en een contructie gemaakt waar we ons braairek op konden laten rusten. We aten soep als voorgerechte en het heerlijke malse vlees als hoofdgerecht, als toetje hadden we marshmellows JUM!!
De volgende dag stonden we voor zeven uur bij hekken van het park om zo veel mogelijk dieren te spotten. De dieren die we de dag ervoor al gezien hadden stonden nu in grote groepen, soms wel met meer dan 40 bij elkaar. Ook konden we een aantal nieuwe dieren aan onze lijst toevoegen: vosjes, een soort paard met gewei en cheetas! Prachtig om deze beesten in het ‘wild’ te zien rondwandelen. Helaas lieten de leeuwen en de giraffen zich niet zien. We reden aan het einde van de middag het park uit, op naar Uppington in het noorden van Zuid-Afrika, we reden een lange oprijlaan op met palmbomen aan de zijkant. Het zag er veel belovend uit, maar niets was minder waar de camping zag er zelf nog en oud en vies uit. We waren moe en hongerig dus snel eten koken en onder de wol.
De volgende ochtend reden we vroeg van de camping af naar de Aygala watervallen. Ik vond het prachtig om te zien hoe de waterval in een soort meertje uitmonden wat omsloten werd door toren hoge rots wanden. Boven het meertje kon je een zwerm vogels zien vliegen wat voor mij het plaatje compleet maakte. Ook hier kon je een National Park in rijden, we hadden op een pamflet gelezen dat er vorig jaar in mei een klein girafje geboren was, dit keer moest en zouden we echt de giraffen gaan ontmoeten. Na een klein uurtje rijden en het gek staren op bomen die op giraffen leken, bleek een boom toch echt te bewegen. JAAAA een echte wilde giraf! We reden zo dichtbij als we konden en bewonderde het mooie lange beest, verderop zagen we de rest van de kudde staan. Ook kwamen we op de terug weg een groepje zebra’s en twee kudu’s tegen. Tegen een uurtje of één reden we naar onze eenerlaatste camping in Calvinia en tevens ook de kleinste kamping die we hebben gezien, met maar liefst drie plaatsen. We waren hier redelijk vroeg dus hebben we gekaart, genoten van de rust en gingen om jawel 20.00 uur naar bed.
Ik werd wakker van alle muggen, ik had het warm en kon niet meer slapen dus klom de ladder af naar beneden en stapte onder de douche. Ik ging in de auto zitten en was eigenlijk wel benieuwd hoe laat het was, WAT!? 2.14 uur, ik was blijkbaar midden in de nacht opgestaan met het gevoel dat het al bijna zes uur was. Toch maar weer even terug de tent in en een paar uurtjes slapen. We vertrokken zoals de hele week al vroeg opweg naar de kust, Paternoster om precies te zijn. We hadden gelezen dat daar een camping op het strand was, wat ons heel erg leuk leek. Onderweg stopte we bij een supermarkt en bestolen ook vanavond te gaan braaien en de vakantie goed af te sluiten. We parkeerde ons bakkie op een super plek dichtbij de zee en maakte het vuurtje aan. Tot mijn verbazing was er nog maar een beetje wijn en twee biertje over. Gelukkig lazen we in het toiletgebouw dat er een pub was, de See Kombuis. Daar hadden ze vast wel biertjes voor ons. Met de ondergaande zon op onze wangen en onze voetjes in het zand kleurde de kip op de braai goudbruin. Een super plek om de laatste nacht door te brengen! Rond acht uur was onze alcohol voorraad al lang op dus besloten we de kroeg te gaan zoeken. Maar te vergeefs, na 1,5 uur te hebben gelopen waren we weer terug bij de tent met een dorstig gevoel wat er jammer genoeg nog steeds was. We gingen naast elkaar in de tent liggen en hadden geen wekker gezet, morgen mochten we uitslapen.
Ik was toch redelijk vroeg wakker en besloot op te staan en van het uitzicht te gaan genieten. Om half negen reden we van de camping af en zochten we een restaurantje in Paternoster om ons te verwennen met een heerlijk ontbijtje. We zaten aan een tafel buiten met uitzicht op het schattige vissersdorpje en de zee. Ik bedacht me hoe vet het zou zijn als je momenten zou kunnen bewaren, dan zou ik deze zeker weten nog een keer terug willen halen. We liepen nog even langs het strand en het was tijd om weer terug naar Kaapstad te rijden en ons bakkie weer in te leveren. Op de terugweg zeiden we tegen elkaar hoe mooi het de afgelopen dagen was geweest en dat we dit voor geen goud hadden willen missen. Aniéla en Eline, heel erg bedankt voor deze mooie ervaring, ik heb een super mooi stuk van de wereld met jullie mogen ontdekken.
Ik heb het studentenhuis op Sawkins Road achter me gelaten en ben alleen op pad gegaan, in mijn volgende verslag kun je lezen welke verschillende plaatsen aan de kust ik heb bewonderd.

  • 26 April 2015 - 23:03

    Anke Maas:

    Hi Kim,
    Wat een fantastische verhalen en wat kun je ze leuk schrijven. Het is bijna net of ik erbij ben.
    Als je over stofwolk praat, proef ik m bijna. En over de blauwe lucht en het water, zie ik het voor me.
    Als je op de grond ligt voel ik de hobbels bijna en de hitte van de dag, pffffff.
    Wat een geweldige ervaring met je studiegenootjes en vriendinnen.
    De tijd gaat wel verschrikkelijk snel.
    Ik lees stukjes, omdat het vaak laat is voor ik er aan toe kom, maar dat geeft niet, ik vind het geweldig.
    Geniet nog lekker daar en tot schrijfs, mails of ziens: Anke en ook van Ber.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Kim

Actief sinds 09 Maart 2015
Verslag gelezen: 165
Totaal aantal bezoekers 4080

Voorgaande reizen:

28 Februari 2015 - 26 Mei 2015

South-Africa

Landen bezocht: